Algemene toelichting+
Wij helpen musea een blijvende binding mogelijk te maken van álle inwoners van ons land met museale collecties. Dit doen we door draagvlak te creëren bij publiek en politiek en door de kwaliteit van de sector als geheel te verhogen. Daarbij stellen we – als brancheorganisatie van ruim 400 musea in Nederland - altijd het publieke belang van musea voorop. Want alleen samen vertellen musea het hele, actuele verhaal van onze steeds veranderende samenleving.
Continuïteit
De jaarrekening is opgesteld op basis van de continuïteitsveronderstelling.
Vestigingsadres, rechtsvorm en inschrijfnummer handelsregister
De Museumvereniging is feitelijk gevestigd op Rapenburgerstraat 123, 1011 VL te Amsterdam is ingeschreven bij het handelsregister onder nummer 40410127.
Verbonden partijen
De Stichting Museumkaart is verbonden met de Museumvereniging. Het bestuur van de stichting is dezelfde als die van de vereniging. Hoewel de exploitatie van de Museumkaart is ondergebracht in de Stichting Museumkaart, voeren medewerkers van de Museumvereniging de werkzaamheden uit. De Museumvereniging brengt hiervoor kosten in rekening aan de stichting. De jaarrekening van de Stichting Museumkaart is opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Museumvereniging te Amsterdam. Transacties van betekenis met verbonden partijen worden toegelicht voor zover deze niet onder normale marktvoorwaarden zijn aangegaan. Hiervan wordt toegelicht de aard en de omvang van de transactie en andere informatie die nodig is voor het verschaffen van het inzicht.
Vergelijking met voorgaand jaar
De gehanteerde grondslagen van waardering en van resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van het voorgaande jaar.
Schattingen
Bij toepassing van de grondslagen en regels voor het opstellen van de jaarrekening vormt de leiding de Stichting Museumkaart zich verschillende oordelen en schattingen die essentieel kunnen zijn voor de in de jaarrekening opgenomen bedragen. Indien het voor het geven van het in artikel 2:362 lid 1 BW vereiste inzicht noodzakelijk is, is de aard van deze oordelen en schattingen inclusief de bijbehorende veronderstellingen opgenomen bij de toelichting op de desbetreffende jaarrekeningposten.
Vreemde valuta
De jaarrekening is opgesteld in euro's; dit is zowel de functionele als de presentatievaluta van de Museumvereniging/Stichting Museumkaart.
Kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in dat overzicht bestaan uit liquide middelen. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.
Gebeurtenissen na balansdatum
Gebeurtenissen die nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum en die blijken tot aan de datum van het opmaken van de jaarrekening worden verwerkt in de jaarrekening. Gebeurtenissen die geen nadere informatie geven over de feitelijke situatie per balansdatum worden niet in de jaarrekening verwerkt. Als dergelijke gebeurtenissen van belang zijn voor de oordeelsvorming van de gebruikers van de jaarrekening, worden de aard en de geschatte financi le gevolgen ervan toegelicht in de jaarrekening als 'Gebeurtenissen na balansdatum'.
Financiële positie+
De Museumvereniging sluit het kalenderjaar 2020 af met een positief resultaat van € 116.725 (2019: een positief resultaat van € 248.709). De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde verslaggevingsregels, waaronder de in de “Richtlijnen voor de jaarverslaggeving” opgenomen richtlijn 640.
Het resultaat over 2020 valt hoger uit dan begroot. Dit wordt vooral veroorzaakt door minder uitgaven op het terrein van ledencommunicatie en evenementen. De Kennismiddag over Koloniale collecties kon nog doorgaan, maar de Kennisdag moest helaas worden geannuleerd. Niettemin hebben de leden hebben de webinarreeks Schouder-Aan-Schouder, die werd opgezet ter online vervanging van de kennismiddagen in 2020 (en 2021), zeer gewaardeerd. In 2020 heeft de ledencommunicatie een impuls gekregen; de maandelijkse nieuwsbrief is verbeterd en sinds het uitbreken van de pandemie is er een veel gewaardeerde en publiekelijk gedeelde directeurenmail opgezet die tweewekelijks of rondom actualiteiten wordt toegestuurd aan museumdirecteuren. Ook heeft de Museumvereniging zitting genomen in het bestuur van het tijdschrift Museumpeil, vakblad voor museummedewerkers in Nederland en Vlaanderen en het tijdschrift onder de aandacht van de leden gebracht.
Kengetallen
De financiële positie ultimo 2020 van de Museumvereniging kan als volgt worden samengevat:
- Werkkapitaal, vlottende activa-kortlopende schulden € 854.804 = (2019: € 720.074)
- Solvabiliteit, verhouding eigen vermogen/totaal vermogen = 81% (2019: 68%)
- Current ratio, verhouding vlottende activa/kortlopende schulden = 590% (2019: 307%)
Grondslagen+
Grondslagen voor waardering van activa en passiva
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde verslaggevingsregels, waaronder de in de “Richtlijnen voor de jaarverslaggeving” opgenomen richtlijn 640.
Immateriële vaste activa
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs onder aftrek van afschrijvingen. Het gehanteerde afschrijvingspercentage bedraagt 10%. De immateri le vaste activa worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs onder aftrek van afschrijvingen. Er wordt rekening gehouden met bijzondere waardeverminderingen. Dit is het geval als de boekwaarde van het actief (of van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort) hoger is dan de realiseerbare waarde ervan. Immateri le vaste activa inclusief goodwill en materi le vaste activa worden vanaf het moment van gereedheid voor ingebruikneming afgeschreven over de verwachte toekomstige gebruiksduur van het actief.
Materiële Vaste activa
De materiële vaste activa worden gewaardeerd tegen aanschafprijs onder aftrek van afschrijvingen. De jaarlijkse vaste afschrijvingspercentages kunnen als volgt worden samengevat:
- Verbouwingen: 10%.
- Inventaris: 10%-20%.
- Hardware: 20%-33%.
De afschrijvingen worden berekend als een percentage over de aanschafprijs volgens de lineaire methode op basis van de verwachte levensduur. Activering vindt plaats wanneer de aanschafwaarde € 500 of hoger bedraagt. Er wordt rekening gehouden met de bijzondere waardeverminderingen die op balansdatum worden verwacht. Voor de vaststelling of voor een materieel vast actief sprake is van een bijzondere waardevermindering wordt verwezen naar betreffende paragraaf.
Vorderingen
Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de re le waarde van de tegenprestatie. Vorderingen worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Als de ontvangst van de vordering is uitgesteld op grond van een verlengde overeengekomen betalingstermijn wordt de reële waarde bepaald aan de hand van de contante waarde van de verwachte ontvangsten en worden er op basis van de effectieve rente rente-inkomsten ten gunste van de winst-en-verliesrekening gebracht. Voorzieningen wegens oninbaarheid worden in mindering gebracht op de boekwaarde van de vordering.
Liquide middelen
Liquide middelen bestaan uit banktegoeden en direct opeisbare deposito's met een looptijd
korter dan twaalf maanden.
Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Eigen Vermogen
Het eigen vermogen van de vereniging bestaat uit reserves. Het bestuur van de
Museumvereniging heeft een deel van de reserves afgezonderd voor een een bepaald doel zijnde
de bestemmingsreserves.
Voorzieningen
Voorzieningen worden gevormd voor in rechte afdwingbare of feitelijke verplichtingen die op
de balansdatum bestaan, waarbij het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen
noodzakelijk is en waarvan de omvang op betrouwbare wijze is te schatten. De voorzieningen
worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de bedragen die noodzakelijk zijn om de
verplichtingen per balansdatum af te wikkelen. Pensioenvoorzieningen worden gewaardeerd op
basis van actuariële grondslagen. De overige voorzieningen worden gewaardeerd tegen de
nominale waarde van de uitgaven die naar verwachting noodzakelijk zijn om de verplichtingen
af te wikkelen, tenzij anders vermeld. Wanneer de verwachting is dat een derde de
verplichtingen vergoedt, en wanneer het waarschijnlijk is dat deze vergoeding zal worden
ontvangen bij de afwikkeling van de verplichting, dan wordt deze vergoeding als een actief
in de balans opgenomen.
Kortlopende schulden
Kortlopende schulden worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen reële waarde.
Kortlopende schulden worden na eerste verwerking gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs.
Operationele leasing
Bij de vereniging kunnen er leasecontracten bestaan waarbij een groot deel van de voor- en
nadelen die aan de eigendom verbonden zijn, niet bij de vereniging ligt. Deze
leasecontracten worden verantwoord onder de niet in de balans opgenomen activa en
verplichtingen. Leasebetalingen worden, rekening houdend met ontvangen vergoedingen van de
lessor, op lineaire basis verwerkt in de staat van baten en lasten over de looptijd van het
contract.
Grondslagen voor bepaling van het resultaat
De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met in Nederland algemeen aanvaarde
verslaggevingsregels, waaronder de in de "Richtlijnen voor de jaarverslaggeving" opgenomen
richtlijn 640.
De resultaten worden verantwoord op het moment van levering van prestaties. De baten en
lasten worden, met inachtneming van de hiervoor vermelde waarderingsgrondslagen, toegerekend
aan de perioden waarop ze betrekking hebben.
Baten
De baten zijn gewaardeerd tegen reële waarde en zijn tegen de reële waarde verwerkt in de
staat van baten en lasten. De netto-omzet omvat de opbrengsten uit levering van goederen en
diensten onder aftrek van kortingen en dergelijke en van over de omzet geheven
belastingen.Verantwoording van opbrengsten uit de levering van diensten geschiedt naar rato
van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in
verhouding tot de in totaal te verrichten diensten. Opbrengsten uit de verkoop van goederen
worden verwerkt zodra alle belangrijke rechten en risico's met betrekking tot de eigendom
van de goederen zijn overgedragen aan de koper.
Contributies
De contributie van leden, gelieerde instellingen en belangstellenden wordt bepaald op basis
van een contributiestelsel, bestaand uit tien categorieën. Bij het indelen wordt gekeken
naar de totale baten die ten goede komen aan de instelling, inclusiefde door derden gedragen
kosten. Het gaat om de totale baten over het kalenderjaar één jaar voor het lopende
kalenderjaar. Daarnaast zijn de leden van de kring Rijksmusea en de kring Werkgeverschap een
additionele contributie verschuldigd. Deze is gebaseerd op een vaste voet en een bijdrage
per fte, met een minimum drempel van 50 fte. Musea die lid zijn van beide kringen betalen de
vaste voet slechts eenmaal.
Subsidies
De Museumvereniging ontvangt incidentele projectsubsidies van het Ministerie van Onderwijs,
Cultuur en Wetenschappen, waarop het handboek verantwoording cultuursubsidies instellingen
2013-2016 en de algemene wet bestuursrecht van toepassing zijn. Deze subsidies worden als
bate verantwoord in de exploitatierekening in het jaar waarin de gesubsidieerde kosten zijn
gemaakt of opbrengsten zijn gederfd. Ontvangen subsidies, welke nog niet zijn besteed, staan
op balans verantwoord onder vooruit ontvangen gelden.
Bijdragen derden
Bijdragen derden worden als baten verantwoord in het jaar waarin deze worden ontvangen
Lasten
De lasten worden bepaald op historische basis en toegerekend aan het verslaglaar waarop zij
betrekking hebben
Personeelsbeloningen
Personeelsbeloningen (lonen, sociale lasten enz.) vormen geen aparte regel in de staat van
baten in lasten. Deze kosten zijn opgenomen onder de bureaukosten. Voor een nadere
specificatie worden verwezen naar de betreffende toelichting. Lonen, salarissen en sociale
lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de jaarrekening voor zover ze
verschuldigd zijn aan werknemers respectievelijk de belastingautoriteit.
De over het verslagjaar verschuldigde pensioenpremie wordt als last verantwoord. Naast de
premiebetalingen bestaan er geen andere verplichtingen.
Pensioenen
Op de Nederlandse pensioenregelingen zijn de bepalingen van de Nederlandse Pensioenwet van
toepassing en worden op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan
pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen betaald. De premies worden verantwoord als
personeelskosten zodra deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als
overlopende activa indien dit tot een terugstorting leidt of tot een vermindering van
toekomstige betalingen. Nog niet betaalde premies worden als verplichting op de balans
opgenomen.
Fínanciële baten en lasten
Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve
rentevoet van de desbetreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten
wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen.